Noord-IJsland in de winter

Met Icelandair vliegen we vanaf Amsterdam naar Keflavík, de internationale luchthaven van IJsland. De vlucht is relaxed: ruime stoelen, eigen schermpje en ze komen ook nog langs met wat te drinken. Na aankomst halen we snel de 4WD auto op bij AVIS en rijden naar Reykjavik. Dit is een compacte en gezellige stad. Vanuit ons hotel lopen we gelijk de binnenstad in en gaan een hapje eten. Na het diner wandelen nog door de stad, halen even lekker een frisse neus en gaan op tijd naar bed. De volgende dag rijden we al vroeg de stad uit richting het noorden. Zodra we de stad uit zijn, bevinden we ons direct midden in de natuur. We rijden langs de fjorden en besneeuwde bergen richting Borgarnes. 

Bij de krater Grábrók, die je vanaf de weg al kan zien, stoppen we even. We wandelen naar de top van de krater en hebben vanaf dit punt een prachtig uitzicht over de hele omgeving met o.a. kraters en een mooi meer.

Bij de krater Grábrók, die je vanaf de weg al kan zien, stoppen we even. We wandelen naar de top van de krater en hebben vanaf dit punt een prachtig uitzicht over de hele omgeving met o.a. kraters en een mooi meer.

In Noord-IJsland, in de omgeving van Laugarbakki, ligt één van mijn favoriete plekken: de waterval Kolufossar en de kloof Kolugljúfur. Voor veel mensen onbekend en daardoor ook een fijne rustige plek. De waterval valt in verschillende stromen in een kloof. Ik had, telkens als ik hier op deze prachtige plek was, het geluk helemaal alleen te zijn.

Langs de fjorden rijden we naar de hoofdstad van het noorden: Akureyri. Dit is de plek waar we een paar nachten in een fijn hotel verblijven. Akureyri heeft maar 16.000 inwoners, in Nederland is dat een aardig dorp. In IJsland is het één van de grotere steden. Er zijn verschillende winkels, een grote kerk, mooi zwembad en een aantal musea. Wij vonden met name het luchtvaartmuseum interessant! Het voordeel in zo’n stad is dat je ’s avonds lekker uit eten kunt gaan in verschillende restaurants. Dat is wel anders als je op het platteland verblijft waar je vaak aangewezen bent op het restaurant van je hotel.

We rijden de berg helemaal op en komen bij het skigebied van Akureyri: Hlidarfjall. Ik ben onder de indruk van de grootte van de skipiste, er is zelfs een stoeltjeslift.

De volgende dag ontwaken we met fantastisch weer: strakblauwe lucht en felle zon. Wat een cadeau! Via de bergpas rijden we van Akureyri naar Mývatn. Het liefste stoppen we elke keer weer om foto’s te maken. De zon is bijna te fel voor foto’s, bijna… We stoppen bij de Godafoss waterval. Deze is besneeuwd en bevroren. We moeten voorzichtig lopen over de gladde stenen maar kunnen wel mooie foto’s maken van de brede waterval.

Ook bij Mývatn ligt overal sneeuw maar gelukkig kunnen we toch op veel plekken stoppen. Zoals bij het lava labyrinth Dimmuborgir. We sjokken door de sneeuw langs de lavaformaties. Bij Namaskard is de grond flink warm waardoor de sneeuw niet blijft liggen. Op de bergen zien we wel sneeuw maar ook hier zie je de bruine aarde er gewoon doorheen. Overal stoomt en borrelt het. De aarde leeft hier echt!

We nemen een duik in Mývatn Nature Baths. Weer of geen weer het is hier altijd fijn. Al moet ik zeggen dat het met de felle zon erbij nog veel fijner was! We hebben hier zeker wel twee uur rondgedobberd en gaan uiteindelijk met een beetje verbrande hoofden weer terug naar Akureyri. We willen ’s avonds nog wakker blijven voor het noorderlicht maar houden het niet meer vol. Wellicht iets te verwend door eerdere reizen. Op IJsland heb je namelijk echt goed de kans om het noorderlicht te zien. Het moet wel donker en helder zijn en er moet voldoende activiteit zijn om het te kunnen waarnemen. Maar het is absoluut het toetje van de dag als je het mag zien!

We rijden weer terug richting Reykjavík. We nemen mijn favoriete detour: het schiereiland Tröllaskagi. Ook nu weer hebben we geluk met een strakblauwe lucht en felle zon terwijl we langs de besneeuwde bergen en blauwe fjorden rijden. Telkens stoppen we, veilig langs de weg, om foto’s te maken, te genieten van de rust en de vogels die langs de kust zitten. Er worden ook regelmatig walvissen gesignaleerd in de fjorden maar vandaag laten ze zich niet zien.

Als we door de tunnel richting Siglufjördur rijden komen we in een klein paradijsje. Tussen de twee tunnels is het warm door de zon en zien we overal mensen de berg af skiën. We zitten hier een hele tijd dit te bekijken. Zo gek om zonder jas in de zon te zitten terwijl er overal sneeuw ligt. Ze skiën hier letterlijk tot aan de zee!

In Siglufjördur, een vissersdorp in Noord-IJsland, stoppen we bij de haven. De huizen om de haven heen zijn fel gekleurd en er liggen veel boten in de haven. Het ziet er gezellig uit en de boten weerspiegelen in het strakblauwe water.

Langs de kust van het Skagajfördur ligt één van mijn favoriete zwembaden van IJsland: Hofsós. Dit zwembad ligt strak aan het fjord en heeft uitzicht over de besneeuwde bergen. Dit is één van onze laatste stops want we moeten nog heel wat kilometers rijden naar Reykjavík.

Weer terug in Reykjavik hebben we nog een vrije dag die we gebruiken om rustig te winkelen en we gaan, zoals altijd, even naar Perlan. Veel mensen kiezen voor het uitzicht vanaf de grote kerk maar wij gaan graag naar het observatiedek op de warmwatertanks omdat je dan ook mooi uitzicht op de Hallgrimskirkja hebt én op de binnenlandse luchthaven van Reykjavík.

Aan het einde van de reis verblijf ik graag in de omgeving van de luchthaven. De vlucht van Icelandair vertrekt in de winter weer vroeg en dan hoef je niet zover meer te rijden. Op weg naar de luchthaven is een schiereiland vol met prachtige natuur. Wij maken een paar kleine omwegen langs oude verlate huizen bij Vatnsleysaströnd en de mooie vuurtoren van Sandgerdi.

Helemaal opgeladen en vol inspiratie (zoals een deels IJslandse babynaam!) komen we weer thuis! 

Wil je ook naar Noord-IJsland in de winter? Dat kan ik je zeker aanraden! Kijk eens bij deze reis of deze óf bel mij of mijn collega’s voor een advies op maat!